Hoe kunnen we ons zolang de ‘r’ nog in de maand zit optimaal voorbereiden op de tenniszomer? Dit is een vraag die vele tennissers zal bezighouden wanneer ze weer met een maatje afreizen naar de lokale sporthal. De binnenbanen zijn meestal sneller, topspinslagen waarmee we rally’s op gravel minutenlang kunnen laten duren zijn ineens ineffectief. Maar die ballen willen we straks in wedstrijden wel weer kunnen slaan! Wat kunnen we het beste trainen tijdens onze duurbetaalde uurtjes op de binnenbaan?
Over dit onderwerp sprak ik enkele dagen geleden, toen ik clubgenoot en oud-proftennisster Polly Lam Po Kuen een lift naar het treinstation gaf. Toen zij voor het eerst vanuit Hong Kong naar Nederland kwam om een poging te doen hoge ogen te gooien op de Europese toernooien van het WTA-circuit, verbaasde zij zich enorm over de indeling van het Nederlandse tennisseizoen. Zeker voor recreatieve tennissers is er eigenlijk vrijwel alleen competitief te tennissen tussen april en september. De andere zeven maanden van het jaar wordt er getraind en vrij gespeeld maar echt wedstrijdspel is er niet bij. Ons klimaat geeft ons geen ruimte om in de herfst en winter uit te kunnen gaan van redelijke omstandigheden voor officiële wedstrijden. En indoortoernooien zijn, misschien vanwege de kosten, erg onpopulair.
Gevolg hiervan is dat we in de lange, lange winterperiode flink uit ons wedstrijdritme raken en de meeste van ons moeite hebben met opstarten in de zeven weekjes voorjaarscompetitie. Positief bijgevolg is wel dat we ons voor een lange periode kunnen toeleggen op de wintertraining. En in die wintertraining kunnen we heel gespecialiseerd op bepaalde slagen trainen.
Bijvoorbeeld de Return-of-Service. Aangezien tennis in een hal op een snelle ondergrond wel een heel andere sport lijkt dan buitentennis, moet er ook op een andere manier getraind worden. Omdat de ballen veel sneller doorkomen dan op een gravelbaan, is het ideaal geschikt om je returns te oefenen.
Belangrijkste om hierbij in acht te houden is het mikpunt van de returns. Of je nu op een snelle binnenbaan speelt of in de zomer weer buiten op traag gravel, de beste combinatie van effectieve aanval en genoeg foutmarge qua timing zit in de return diep in het midden van de baan, op de voeten van de serveerder. Deze staat dan op zijn achterste voet en wordt meteen in de verdediging gedrukt. Je begint met de return als het ware een counteraanval.
Variatie om in gedachten te houden bij het oefenen van de return kan hem zitten in de afstand die de serveerder neemt vanaf het net: hoe dichter hij op het net gaat staan, hoe minder tijd de retourneerder heeft om te reageren. Laat de serveerder eens vanaf de servicelijn aan zijn kant van het net serveren, en probeer als retourneerder de service zo vroeg mogelijk te nemen (doe geen stap naar achter!). Let hierbij vooral op je snelle rompdraai bij het slaan van zowel forehand- als backhandreturn, en je balans, die ten alle tijden naar voren gericht moet zijn.
Wanneer je jezelf echt wilt uitdagen als aanvallend retourneerder kun je een spelvorm spelen waarbij de retourneerder als het ware “return-volley” moet spelen. Deze term is afgeleid van de welbekende “service-volley” speelstijl en heeft een soortgelijke strekking; nu is het echter de retourneerder die hoe dan ook achter zijn return aan naar het net moet komen, in plaats van de serveerder die achter zijn service aan komt. Dit leidt onvermijdelijk tot enkele hopeloze bestormingen van het net, maar probeer jezelf in deze oefening te dwingen om altijd aanvallend te retourneren en om je altijd toe te leggen op je speelplan en keuzes. Eventueel is het een goed idee om deze spelvorm, in ieder geval in het begin, op een halve baan te spelen, zodat de serveerder niet meteen de kans krijgt om de retourneerder aan alle kanten te passeren. Als de retourneerder de bal onder controle begint te krijgen kan er op de hele baan gespeeld worden. Ook een optie is om de serveerder zijn 2e service te ontnemen: hij krijgt één kans per punt en kan dus minder risico nemen, de retourneerder krijgt meer ruimte.
Zo zijn er natuurlijk tientallen manieren om een training aan te pakken. Hoe vaak trainen jullie de return-of-service? Doen jullie dit liever binnen of buiten? En vooral, welke oefeningen zijn jullie favoriet? Laat hieronder een bericht achter en inspireer elkaar!
Lees ook:DINSDAGDISCUSSIE: Strengere regels ten opzichte van racket-gooien
Lees ook:DINSDAGDISCUSSIE: Het dubbelspel aanhouden als professionele sport?
Lees ook:Praat mee op de tennisblog!
Lees ook:Tactische tips: winnende slagencombinaties
Lees ook:Sharapova krijgt Djokovic op de knieën